naar hoofdtekst gaan

Een inkttank vervangen

Wanneer de inkt opraakt of zich fouten voordoen, knippert het Alarm-lampje om u op de hoogte te brengen van het probleem. Tel het aantal malen dat het lampje knippert en neem de juiste maatregelen.

Belangrijk

  • Bereid een nieuwe inkttank voor voordat u een inkttank gaat vervangen.
  • Vervang de inkttank snel, zodat de printer nooit zonder inkttank is.
  • De printer kan beschadigd raken als deze langere tijd geen inkttank bevat, wat kan leiden tot problemen zoals verstopping door opgedroogde inkt.

Opmerking

  • Zie Onderhoudsprocedure als de afdrukken vaag worden of als er witte strepen verschijnen terwijl de inkttanks toch voldoende inkt bevatten.
  • Voor voorzorgsmaatregelen bij de omgang met inkttanks raadpleegt u Opmerkingen over inkttanks.

Vervangingsprocedure

Volg onderstaande procedure wanneer u een inkttank moet vervangen.

  1. Zorg dat de printer is ingeschakeld en open de papieruitvoerlade voorzichtig.

  2. Open de bovenklep en druk daarna op de knop HERVATTEN/ANNULEREN (RESUME/CANCEL).

    De printkophouder (A) schuift naar de vervangingspositie.

    Let op

    • Houd de printkophouder niet vast om deze te stoppen of te verplaatsen. Raak de printkophouder niet aan voordat deze helemaal stilstaat.

    Belangrijk

    • Leg geen voorwerpen op de bovenklep. Deze kunnen in de achterste lade vallen wanneer de bovenklep wordt geopend en ertoe leiden dat de printer niet meer naar behoren werkt.
    • Raak geen metalen delen of andere delen binnen in de printer aan.
    • Als er meer dan 10 minuten verstrijken nadat u op de knop HERVATTEN/ANNULEREN (RESUME/CANCEL) hebt gedrukt, wordt de printkophouder naar de rechterzijde verplaatst. In dat geval sluit u de bovenklep, opent u deze opnieuw en drukt u op de knop HERVATTEN/ANNULEREN (RESUME/CANCEL).
  3. Haal een nieuwe inkttank uit de verpakking.

    Belangrijk

    • Ga voorzichtig met de inkttank om. Laat de inkttank niet vallen en oefen er geen overmatige druk op uit.
  4. Verwijder het oranje beschermkapje (B) van de onderzijde van de inkttank zoals in de onderstaande afbeelding wordt aangegeven.

    Belangrijk

    • Druk de zijkanten van de inkttank niet in. Als u de zijkanten van de inkttank indrukt, kan er inkt spatten.
    • Raak de binnenkant van het beschermkapje (B) of de geopende inktopening (C) niet aan. Als u deze aanraakt, kunt u inktvlekken op uw handen krijgen.
    • Plaats het beschermkapje (B) niet terug nadat u dit hebt verwijderd. Houd bij het weggooien rekening met de lokale wet- en regelgeving met betrekking tot de afvalverwerking.
  5. Verwijder de inkttank waarvan het lampje snel knippert.

    Druk op het lipje (D) en til de inkttank op om deze te verwijderen.

    Belangrijk

    • Raak behalve de inkttanks geen andere delen aan.
    • Wees voorzichtig met de inkttank om vlekken op kleding en dergelijke te voorkomen.
    • Houd bij het weggooien van lege inkttanks rekening met de plaatselijke regelgeving met betrekking tot afvalverwerking.

    Opmerking

    • Verwijder niet twee of meer inkttanks tegelijk. Vervang inkttanks één voor één als u twee of meer inkttanks vervangt.
    • Raadpleeg De inktstatus controleren met de inktlampjes voor meer informatie over de knippersnelheid van de inktlampjes.
  6. Plaats de voorkant van de inkttank schuin in de printkop.

    Controleer of de positie van de inkttank overeenkomt met die op het label.

  7. Druk op de bovenkant van de inkttank totdat de inkttank stevig vast zit.

    Controleer of het inktlampje gaat branden.

    Belangrijk

    • U kunt niet afdrukken als de inkttank onjuist is geplaatst. U moet de inkttank correct plaatsen, zoals is aangegeven op het label van de printkophouder.
    • U kunt pas afdrukken als alle inkttanks zijn geïnstalleerd. Zorg dat alle inkttanks zijn geïnstalleerd.
  8. Sluit de bovenklep.

    De printer zal de inkt automatisch gaan mengen. Wacht tot het AAN/UIT (POWER)-lampje stopt met knipperen en blijft branden en de printer geen geluid meer maakt (dit duurt gewoonlijk 2 minuten of minder).

    Opmerking

    • Als het Alarm-lampje nog steeds knippert nadat de bovenklep is gesloten, voert u de vereiste stappen uit.

    • De printer reinigt de printkop automatisch zodra u begint met afdrukken nadat u de inkttank hebt vervangen. Voer geen andere handelingen uit tot de printer klaar is met het reinigen van de printkop. Het AAN/UIT (POWER)-lampje knippert terwijl de reiniging wordt uitgevoerd.
    • Als de printkop niet correct is uitgelijnd, wat u merkt doordat evenwijdige lijnen niet correct worden afgedrukt of doordat er vergelijkbare problemen optreden, lijnt u de printkop uit.

Opmerkingen over inkttanks

Belangrijk

  • Gebruik een nieuwe inkttank ter vervanging. De spuitopeningen kunnen verstopt raken als u een gebruikte inkttank plaatst. Daarnaast kan de printer bij een dergelijke inkttank niet correct aangeven wanneer u de inkttank moet vervangen.
  • Zodra u een inkttank hebt geplaatst, mag u deze niet uit de printer verwijderen of aan de lucht blootstellen. Hierdoor kan de inkttank uitdrogen en werkt de printer niet meer naar behoren als de inkttank opnieuw wordt geplaatst. Voor een optimale afdrukkwaliteit moet u de inkttank binnen zes maanden na het eerste gebruik opmaken.

Opmerking

  • Mogelijk wordt toch kleureninkt verbruikt wanneer u een document in zwart-wit afdrukt of wanneer u hebt aangegeven een zwart-witafdruk te willen maken. Beide soorten inkt worden ook verbruikt bij reiniging en diepte-reiniging van de printkop, wat nodig kan zijn om ervoor te zorgen dat de printer goed werkt.

    Wanneer een inkttank op is, moet u deze meteen vervangen door een nieuwe.